Analyseren is het ontleden, ordenen en structureren van informatie. Leerlingen kunnen informatie onderzoeken en argumenten opsporen. Die informatie wordt vergeleken en beoordeeld.
- Zorg dat Presenter geopend is op het touchscreen met de tool ‘Woordparachute’ of de illustraties ‘Denkbeelden’.
- Geef de leerlingen een opdracht om informatie te analyseren over een onderwerp. Leerlingen kunnen dit alleen of samen doen. Leerlingen kunnen de informatie ook met een eigen device onderzoeken en eventueel aantekeningen maken.
- Om de informatie klassikaal te verzamelen gebruik je de typefunctie in de werkbalk (Knop met de ‘A’).
- Geef leerlingen verschillende beurten om zo hun informatie met elkaar te kunnen delen. De leerkracht of een leerling kan de woorden in Presenter typen. Wanneer je de woorden los typt, kun je later de woorden los van elkaar verschuiven met de aanwijsknop (knop met de vinger).
- De leerkracht stelt vragen, luistert naar de antwoorden, geeft feedback en vraagt door wanneer dat nodig is.
- Leerlingen kunnen ook vragen aan elkaar stellen en doorvragen.
- Sla de activiteit op en open de volgende les de analyse om de kennis te herhalen.